Witte Peper is de
rijpe bes van de peperstruik. De bes wordt in water geweekt, vruchtwand en
vruchtvlees worden verwijderd en de bes wordt vervolgens gedroogd. De korrels
zijn glad en grijs van kleur. Witte peper is minder scherp van smaak dan
zwarte, omdat het verwijderde omhulsel veel van de moleculen bevat die de peper
scherp maken.
Zwarte peper is de in onrijpe toestand geoogste vrucht, die vervolgens gedroogd is. Zwarte peperkorrels zijn gerimpeld; hoe rijper de korrels bij de oogst waren, des te harder, groter en zwaarder ze zijn en des te platter de rimpels.
Literatuur:
Bill Laws; “50 Planten die de geschiedenis veranderd hebben”; Librero; 2010; ISBN 9789089982360; p. 154-157.
D. Ingerman; “Mikroskopie der voornaamste handelswaren”; D B Centen; 1910; p. 149-160.
W.J.C van Paassen, J.H. Ruygrok; “Beknopte scheikunde en warenkennis; 2de deel”; 3de druk; Wolter; 1937; p. 140,141.
Als men de huidige
discussies en rapportages in de media over klimaatverandering en stijgende CO2-emissies
volgt dan kan men wel eens de indruk krijgen dat dit een probleem is waarvan we
pas recentelijk bewust werden. Dat is echter duidelijk niet het geval.
De eerste die het effect van stijgende CO2 concentraties in de lucht op de gemiddelde temperatuur op aarde modelmatig beschreef was Arrhenius in 1896. Volgens zijn berekeningen zou een verdubbeling van de CO2 concentratie leiden tot een gemiddelde stijging van de oppervlakte temperatuur met 5 oC
Bij het doorbladeren van
mijn papieren archief, op zoek zijnde naar informatie over een ander onderwerp,
stuitte ik in het tijdschrift “Archimedes” van 1984/85 op een, naar mijn mening,
interessant artikel. Archimedes was een natuurkunde- scheikunde- en sterrenkundetijdschrift
voor jongeren dat werd uitgegeven door de NVON via Wolters-Noordhoff. Jammer genoeg is het
opgeheven.
De titel van het artikel dat
ik interessant vond was “Toename van het koolstofdioxidegehalte in de
atmosfeer: een ramp?”. Zoals de titel aangeeft behandelt het artikel van 3
pagina’s de effecten van toename van CO2 in de atmosfeer. Er wordt gerefereerd
naar de CO2 metingen in Hawaï die sinds de jaren 50 uitgevoerd
werden, een klimaatmodel werd besproken en toegelicht, de rol die CO2
in het klimaat speelt alsmede de factoren die invloed uitoefenen op het CO2
gehalte in de atmosfeer en uiteindelijk de betekenis voor de toekomst. Het kan
geen kwaad om zich te realiseren dat het IPCC zijn
allereerste overzichtsrapport in 1990 publiceerde en dit populairwetenschappelijk
artikel dus 6 jaar eerder verscheen.
Op enkele detailpunten na
is dit artikel niet wezenlijk anders dan de populairwetenschappelijke artikelen
die tegenwoordig over dit onderwerp verschijnen zijn maar er zijn een paar
punten die in dit artikel vermeld worden die ik wil benadrukken.
Ten eerste Figuur 4, de grafiek die als functie van de tijd de relatie weergeeft tussen de CO2 concentratie in de lucht en de temperatuurstijging in graden Celsius.
Er wordt voor 2020 een CO2 gehalte voorspeld van 0.03 %, in werkelijkheid is dat 0.04 % geworden, 25% meer dan indertijd voorspeld. De voornaamste reden is dat CO2 -emissies sneller zijn toegenomen dan 35 jaar geleden verwacht werd. Globale CO2 emissies zijn verdubbeld sinds de jaren 70 van de vorige eeuw.
Wat mij echter vooral raakte
bij het lezen van dit artikel was de laatste alinea dat de “De toekomst”
behandelde. Enkele citaten:
“We kunnen ook proberen de CO2-uitstoot te
verminderen door ander energiebronnen te gaan benutten zoals windenergie,
getijdenenergie enzovoort.
Misschien kan in de toekomst met behulp van zonne-energie
water ontleed worden in waterstof en zuurstof.
Waterstof kan vervolgens als brandstof gebruikt
worden. Bij het verbranden van waterstof ontstaat weer water.
Ook kunnen we proberen CO2 op te vangen
en op een bepaalde manier op te slaan bijvoorbeeld in geëxploiteerde aardgas en
olievelden.”
De reden dat ik deze
citaten zo confronterend vind is dat we nu 35 jaar verder zijn en nog exact zo
over de potentiele oplossingen van de klimaat problematiek praten. Er is wel
een beetje vooruitgang geboekt maar als ik deze zinnen lees is het beschamend
om zich te realiseren hoe weinig vooruitgang er geboekt is. En technoloog
zijnde, vind ik dat dit ook opgaat voor de ontwikkeling van de benodigde technologieën.
Van een artikel van Paul
Voosen in Science over de betrouwbaarheid van steeds complexere
klimaatmodellenis zou men kunnen stellen dat dit punt daardoor benadrukt wordt. Bij modellering moet men altijd in zijn
achterhoofd houden dat modellen op zijn best een grove simplificatie van een
complexe realiteit weergeven. Zoals reeds vermeld schatte Svante Arrhenius in dat een verdubbeling van
de CO2 concentratie in de lucht de gemiddelde oppervlaktetemperatuur
met 5 °C zou laten stijgen. Moderne klimaatmodellen, zoals ze tot nog toe
gebruikt worden, voorspellen een stijging in een range van 2° tot 4.5 °C. Een nieuwe generatie van nog complexere
modellen ontstaat en deze voorspellen een stijging van 5 °C voor een stijging
van de CO2 concentratie van 280 ppm tot 560 ppm. Het werk van
Arrhenius zou je als een “Back of the Envelope”
berekening kunnen beschouwen, maar ook die kan het zo te zien aardig kloppen.
Oftewel, we zijn nu meer dan een eeuw bekend met de problematiek maar zijn nog
niet echt veel opgeschoten met het implementeren van oplossingen.
In de huidige discussies wordt, naar mijn persoonlijke mening, nogal snel geroepen dat de industrie maar de hele energie transitie moet betalen omdat ze de ”hoofdschuldigen “zijn. Wetgeving en consumptie wordt uiteindelijk echter bepaald door burgers, die de politici en politieke partijen kiezen. De laatsten stellen de politiek programma’s en wetsvoorstellen op. Het gehele proces zou in theorie met een kruisbestuiving tussen alle groepen moeten plaatsvinden. Het artikel in Archimedes toont echter aan dat de problematiek al vele decennia bekend is en ook indertijd aan bet publiek en politici gepresenteerd is. Men kan dan ook de stelling poneren dat burgers en politici (en ook de industrie) decennialang de kop in het zand gestoken hebben en het probleem of ontkend, genegeerd, vooruitgeschoven of een combinatie daarvan gehanteerd hebben. Je kunt je ook afvragen waarom industrie en politiek in al die jaren niet veel meer geld in R&D hebben gestoken. Dan was de kans groot dat er nu werkbare oplossingen beschikbaar zouden zijn die het laboratorium en pilotplant ontstegen waren.
Zoals vermeld volg ik de cursus “Fotografie basis” bij Pier K in Hoofddorp. Bij een van de oefeningen was de opdracht om een sterk contrast te fotograferen bij een lage ISO waarde (100), vaste sluitertijd een varierende belichting (diafragma). Bij een sluitertijd vam 1/25st heb ik onderstaande foto gemaakt. Wat mij betreft goed genoeg om op mijn eigen blog te zetten.
Bovenstaande animatie grafiek laat op een inzichtelijke manier de globale temperatuurstijging zien waar we mee te maken hebben. Iedere keer dat ik zulk een presentatie van data zie begrijp ik steeds minder waarom er nog steeds mensen zijn die klimaatverandering ontkennen of ontkennen dat de mens hier een belangrijke rol in speelt.
In het kader van alledaagse zaken bekijkenmet DinoLite AM4815ZT Digitale microscoop kan men in onderstaande foto een stukje van een spons zien (60x, EOF). De poreuze structuur waarin water en ander materiaal wordt opgenomen is goed te zien.